dinsdag 14 februari 2012

Het Meisje met het vingertje

Ze was ingedommeld. Ik reed aan een stevige snelheid door de nacht met haar op de passagierszetel. Ik vroeg me af wat ze aan het dromen was. Ook vroeg ik me af of ik ze wakker zou krijgen als we eenmaal toegekomen waren. En of we er wel zouden geraken, durfde ik me niet afvragen; hopelijk was er geen alcoholcontrole onderweg.

Twee uur later vond ik eindelijk een parkeerplaats in Courbevoie, dicht bij het appartement dat ik gehuurd had. Aan de horizon begon het ochtendgrijs lichter te worden. Het was al half acht ondertussen. Ik maakte het meisje, dat nu al even met haar hoofd tegen het raam lag, wakker met een kus.

"We zijn er, Marion." zei ik.
- "Waar zijn we?"
"In Parijs."

Ze was duidelijk nog steeds slaapdronken.

"Weet je nog, dat we naar Parijs zouden gaan?"
- "Nee, dat weet ik niet meer."
"Wel, je zei dat je mee wou gaan, dus hier zijn we dan."

Ze stapte uit de auto.

- "We zijn echt in Parijs?" vroeg ze verbaasd.
"Ja, we zijn in Parijs. Nuja, we zijn in Courbevoie, dat ligt eigenlijk net buiten Parijs."

Ze strompelde wat verder.

- "Je nam me écht mee naar Parijs?!" vroeg ze verontwaardigd.
"Ja."
- "Meestal nemen jongens mij mee naar hun kot..."
"Wel, eigenlijk doe ik hetzelfde" gaf ik toe.

Ik deed de deur van het appartement open en liet Marion binnen.
Ze keek even rond in het appartement.
- "Is dit jouw appartement?" ze wees naar de roze gordijnen.
"Nee, ik huur het van iemand."
- "Van wie?"
"Van een vrouw van veertig die er erg knap uit ziet op foto's."
- "Heb je ze dan nog niet gezien?"
"Nee, ik ken ze niet. Ik kreeg de sleutel van de overbuur."
- "Wat vreemd allemaal" zei ze.
"Ja", zei ik, "maar dat is leuk."

Ze ging in de zetel zitten. Ik ging naast haar zitten, met m'n arm over de leuning, kijkend naar haar gezicht.
"Ik vind je haar mooi."
- "Tja" zei ze. "Ik ook, anders had ik het niet gekozen."

We zaten even in stilte in de zetel tot Marion recht sprong en door de kamer wandelde. Ze keek naar de foto's die er hingen en naar de vreemde naakte paspoppen die her en der verspreid stonden.

- "Wat zou ze doen, die vrouw?"
"Ik weet het niet. Ik denk dat ze iets doet met kunst." zei ik. Ik moest toegeven dat ik niets wist over de vrouw die hier normaal woonde.
- "En je kent ze helemaal niet?"
"Nee."
- "En je woont in haar huis?"
"Ja."
- "Leuk." Ze glimlachte.
- "En kijk je dan in alle schuiven?" haar ogen keken ondeugend.
"Nee, ik blijf overal uit."
- "Echt?"
"Ja, tenzij ik me niet kan bedwingen." grijnsde ik.

Ze nam een boek van een tafeltje en bladerde erin.
- "Dit is een nederlandstalig boek" zei ze verrast.
"Ja, het is er eentje van mij."
- "Van jou? Heb jij het dan geschreven?" zei ze verwonderd.
"Ja. Of ja, het is de versie die ik ga opsturen naar uitgevers."

Ze bladerde even verder.
- "Het is leuk geschreven" zei ze.
"Dank je."
- "Maar, Daan, hier op de eerste bladzijde... een dt fout!"
"Waar?" vroeg ik. Ik sprong recht. Ik had dit manuscript door drie mensen laten nalezen, er konden geen dt fouten meer in staan...

"Ik wordt triest als ik zie hoeveel zij voor mij betekent, en hoe weinig ik voor haar." wees ze aan.
Ze keek kwaad.
- "Wat is dit, Daan?"
"Een dt fout... Ik moet 'm gemist hebben."
- "Ik had je gewaarschuwd, Daan."
"Ik weet het, Marion, maar ik schreef dit voor ik je kende."
- "Het spijt me, Daan. Ik wil dat je me onmiddellijk terug naar huis brengt."

Op de terugweg zeiden we niets tegen elkaar.
Voorbij Rijsel viel Marion opnieuw in slaap.
In Gent heb ik haar aan de zuid uit de auto gesmeten.

- "Het spijt me, Daan. DT fouten zijn een beetje mijn stokpaardje." sms'te ze nog.
"Het geefd niets." stuurde ik terug. "Droom zacht."

Het vervolg

Ze zaten naar het scherm te staren. Hij zag dat ze ontroerd was door wat ze las. Onverzadigbaar bleef ze naar beneden scrollen, op zoek naar het vervolg. Maar ze kon het niet vinden, hij wist dat ze het niet zou vinden, simpelweg omdat het nog niet bestond.

Vond je 't mooi? Klik op "Vind ik leuk" en ik vertel je binnenkort een nieuw verhaal.

Hierzo ↑