Liefste,
Waarom heb je een monster van me gemaakt? Je denkt dat ik slecht ben, je denkt dat ik een klootzak ben, je denkt dat ik nooit iets voor niemand doe. En je denkt dat ik je nooit graag gezien heb.
Ik ben dat niet, Maaike.
Je denkt dat ik enkel aan mezelf denk, dat andere mensen de pot op kunnen, dat ik je hond haat.
Ik ben dat niet, Maaike.
Je denkt dat ik geen pijn heb. Je denkt dat ik de relatie mis. Je denkt dat ik jou niet mis.
Je bent mis, Maaike.
Vergeet me niet, Maaike.
Vergeet niet hoe ik echt ben.
Dag, liefste.
Tot in een volgend leven, als we beide katten zijn.